Hoog in de bergen
18 april 2016 - Lovina, Indonesië
Zondag 17 april – Vandaag hadden we de zwaarste fietsdag van de hele vakantie. Dat vertelde rijstlijder tenminste. Op het moment dat ik dit schrijf hoop ik oprecht dat hij gelijk gaat krijgen. Heel veel klimkilometers hebben we vandaag achter ons gelaten, althans de helft van de groep. De andere helft hield het aan de voet van de berg naar het dorpje Munduk voor gezien. Ik heb doorgezet, maar van harte ging het niet. Stijgen tot 20 procent zal nooit mijn hobby worden. De versnelling af en toe in de 1 (van de totaal 21) en zo langzaam vooruitkomen dat je bijna kapseist. Waar zijn mijn zijwieltjes van weleer gebleven? Soms kwam mijn voorwiel even los van het wegdek en leek de fiets zin te hebben in een salto achterover. Maar goed, na afloop smaakt het vruchtensapje dat we bij ons nieuwe verblijf kregen dubbel zo lekker. En na een douche is alles weer toppie joppie.
De tassen en koffers gingen vanochtend na opnieuw een vroeg ontbijt (7 uur) de busjes in en we lieten Ubud achter ons. We werden naar het hooggebergte in het noordwesten van Bali gebracht. De fietsroute van vandaag startte bij de tempel Pura Batukaru. Deze mysterieuze tempel ligt hoog op de hellingen van de vulkaan Batukaru, in een mossig en vochtig bos. Voor we gingen fietsen een korte bezichtiging van deze tempel. Dat moest verplicht in een zogenaamde sjaron, want de knieen moeten volgens Hindoeistisch gebruik bedekt zijn. De sjaron wordt vastgeknoopt met een soort judo-band. Ik liep als enige vanuit de tempel het bos nog even in op zoek naar mooie plaatjes. En opeens voelde ik het: ik moest pissen als een beer. Een volwassen beer. Een mannetjes-grizzly. Zou ik even? Ik liep natuurlijk wel op Heilige Grond van een tempel. En het was ook nog eens zondag. Te Laat.
In een lange en prachtige afdaling passeerden we op onze fietsen cacao-, koffie- en kruidnagelplantages. Het hoogtepunt van de dag vormden de rijstvelden van Jatiluwih. Dit gebied staat bekend als de mooiste terrasrijstvelden van Bali en is te vinden op de Unesco Werelderfgoedlijst . We genoten van echt adembenemende vergezichten. Na de eerder beschreven zware klim kwamen we aan bij ons nieuwe verblijf voor 1 nachtje: Sprookjesachtige houten cottages die tussen de kruidnagelplantages liggen. Elke cottage heeft een prachtig uitzicht op de bergachtige omgeving. Toen we daar arriveerden viel er een fikse bui. Op zo’n elfhonderd meter hoogte viel de hitte gelukkig mee. Komende nacht zal het vast en zeker flink gaan afkoelen. Het ontbreken van airco hier zal geen gemis zijn. Het eveneens ontbreken van Bifi des te meer.
Naarmate dit verslag vordert hoor ik jullie denken: hoe ging het vandaag met Eend? Nou, heel goed mag ik wel zeggen. Bij de foto’s die bij het verslag van vandaag horen heb ik speciaal wat ruimte beschikbaar gesteld voor hem. Gewoon als eerbetoon. Graag jullie speciale aandacht voor de broekspijpen. Komt dat zien. Naast neurotische en autistische trekjes bespeur ik bij hem zeker ook grappige dingen. Zo beantwoordt hij tijdens het fietsen groetende, zwaaiende en roepende Balinezen niet met terugzwaaien en teruggroeten, nee, hij steekt naar iedereen zijn tong uit. Tot groot vermaak van vooral jeugdig Bali. En waarom hij dat doet? Dit kost mij het minste kracht, is zijn verklaring. Trouwens, Eend behoorde wel tot het gezelschap dat de gehele beklimming tot een goed einde bracht. Snavel op het stuur en gaan. Respect man!
Laterrrrrrr
vet leuk dat je deze reis maakt.
hoop dat je nog veeeel meer mooie dingen gaat zien.
(en niet van je fiets afvallen he!!!)
gr. Just